Ik heb op mijn computer bijna alle werkstukken en papers bewaard die ik tijdens mijn studie heb moeten schrijven. Waarom? Ik weet het niet. Ik heb sowieso nogal de neiging om dingen te bewaren. En deze papers en werkstukken nemen niet veel plaats in beslag gelukkig. Af en toe is het ook heel handig. Bijvoorbeeld als je een blog wilt schrijven over tijd. Ik vond tussen de bestanden een ethiek tentamen in de vorm van een paper: ‘ Plotinus, ‘Over eeuwigheid en tijd’’. Het eerste wat ik hier bij dacht was: wie is Plotinus ook al weer? Tot mijn schande moest ik dat opzoeken. Ook iets wat de tijd doet; je dingen laten vergeten. Ondertussen weet ik weer dat Plotinus leefde van 204 tot 270 na Christus en dat hij gezien wordt als de stichter van het neoplatonisme. In de paper wilde ik onderzoeken hoe Plotinus tijd ervaart.
Ik begin de paper met een gedichtje dat ik hier ook graag wil delen. Er achteraan volgt de uitleg die ik er toen bij gaf:

Het gaat zo snel, zo ontzettend snel,
tijd vliegt, ik vlieg,
door de tijd
en toch stond ik nooit zo stil.

Het lijkt wel alsof ik de tijd niet kan bij houden. Er verandert van alles, alleen ik niet. Het lijkt wel alsof ik nergens kom, alsof mijn ontwikkeling stil staat terwijl de rest van de wereld zich in sneltreinvaart voortbeweegt. Ik zie mezelf als het ware in slow motion voortploeteren. De angst om nooit iets te bereiken omdat ik voor mijn gevoel stil sta ligt altijd op de loer. Heb ik nog wel genoeg tijd om een diploma te halen of om zinnig werk te gaan doen? De tijd gaat zo snel en ik kom maar zo langzaam vooruit. Toch gaat ook bij mij de tijd ‘sneller’ als ik iets leuks aan het doen ben. En ook ik kom ‘tijd tekort’ als ik aan een paper werk, net als de rest van studerend Nederland.

Dit is eigenlijk nog steeds van toepassing. De tijd lijkt zelfs nog sneller te gaan nu ik ouder word, alhoewel ik nu de angst om nooit iets te bereiken wel kwijt ben.
Hoe zou dat komen, dat de tijd sneller lijkt te gaan terwijl die tijd al eeuwen in hetzelfde tempo voortschrijdt? Misschien omdat we, als we ouder worden, het einde voelen naderen en we nog zo veel willen? Of is dat te pessimistisch? Douwe Draaisma zegt dat het komt omdat we alles al eens hebben meegemaakt. Als je iets voor het eerst meemaakt neemt dat veel meer van je herinnering in beslag en dan gaat je tijdsbesef minder snel. Zou dat zo zijn? En wat is tijd eigenlijk? Is dat een menselijke uitvinding, of is de tijd er gewoon altijd geweest?
Plotinus heeft zich ook met deze vragen bezig gehouden. In de tekst ‘Over eeuwigheid en tijd’, dat komt uit een serie van zes boeken, de ‘Enneaden’, onderzoekt hij wat tijd is. Hij probeert tijd te definiëren vanuit het begrip eeuwigheid. De eerste paragraaf van het boek start dan ook met een uitleg over wat eeuwigheid is. Als hij dat heeft gedaan gaat hij stap voor stap onderzoeken wat tijd nu eigenlijk is.

Ben je nieuwsgierig geworden? Hoe kijk jij aan tegen tijd? Wat betekent tijd in de natuur? Kom zondag 22 november mee wandelen, praten en denken. Geef je snel op, want voor je het weet is het al zo ver!

Meer informatie vind je hier: filosofischewandelingen.nl